Keuzevrijheid – Een JongPIT’ers perspectief

In de laatste weken van het afgelopen schooljaar heb ik, JongPIT’er Dominique, voor het vak filosofie een verslag geschreven over mijn kijk op keuzevrijheid. De vrijheid hebben om keuzes te maken, dat is iets wat we allemaal willen; en terecht. Maar voor de éen is dat iets vanzelfsprekender dan voor de ander. Vanwege mijn chronische aandoening werd ik al op jonge leeftijd geconfronteerd met wat het betekent als je niet altijd de mogelijkheid hebt om de keuze te kiezen die je wilt. Omdat de maatschappij niet is ingesteld op het meedraaien van mensen met een beperking in de samenleving. In plaats daarvan worden we gelabeld en in hokjes geplaatst. Het waardeoordeel van anderen is bepalend voor de keuzes die we kunnen maken.

Let op: De waardeoordelen van de stempels zijn niet in lijn met mijn eigen overtuigingen. In dit artikel komt cynisme voor. Mocht je hier allergisch op reageren, dan kun je de jeuk met korte armpjes krijgen. Wees vrij om door te scrollen als je denkt dat dit voor jou van toepassing is. 😊

Vrije wil en beïnvloeding

Keuzevrijheid: de mate van vrijheid waarin je zelf keuzes kunt maken. Iets wat in Nederland hoog in het vaandel staat. We vinden het goed dat er wet- en regelgeving is, zolang het ons niet beperkt in het maken van onze eigen beslissingen. Er staan in de Nederlandse grondwet dan ook genoeg wetten die onze keuzevrijheid beschermen. Maar hoewel we er op papier goed voor staan, wordt de mate waarin we de vrijheid hebben om onze eigen keuzes te maken, sterk beïnvloed door de wieg waarin we geboren worden. Voldoet je wieg niet aan de “standaarden van de samenleving”, dan zal dit direct gevolgen hebben voor je keuzevrijheid.

Zelf ben ik niet in een wieg geboren, maar in een couveuse. Dat de uitdrukking ‘beter te vroeg dan te laat’ niet overal toepasbaar is is, werd mij al vrij snel duidelijk. Als gevolg van de veertien weken die ik te vroeg geboren ben, heb ik blijvende hersenschade opgelopen. Afgezien van mijn lengte (of eerder het gebrek daaraan) zag ik eruit als een hele normale baby. Maar als je mijn babyfoto’s goed bekijkt, valt er toch iets op aan mijn voorhoofd. Daar staat namelijk een stempel op gedrukt met de volgende tekst: “wijkt af.”

Toen ik twee jaar was, ging ik voor het eerst naar de kinderopvang. Dit was niet zomaar een kinderopvang, maar een hele speciale. Hier gingen namelijk nog meer kindjes heen die dezelfde afwijkende tekst op hun voorhoofd hadden staan. Mijn ouders hadden nog wel geprobeerd om mij naar een kinderopvang te brengen voor kindjes zonder stempel, maar in tegenstelling tot mijn ouders was voor de rest van de samenleving mijn afwijkende voorhoofd wel zichtbaar. Ik had te veel zorg nodig en kon daarom op heel veel plekken niet terecht. Mijn ouders hadden beperkte keuze in het aanbod en zodoende kwam ik in een speciaal parallelwereldje terecht. Een wereldje voor kinderen met een stempel.

Dat ik samen met alle andere kinderen uit mijn klas een stempel op m’n voorhoofd had, drong niet meteen tot me door. Ik wilde gewoon spelen en plezier maken. Pas toen ik naar groep 4 ging, viel mij iets op. Ik leerde snel. Te snel voor het tempo van de klas. Er kwam een aanvullende stempel op mijn voorhoofd: “wijkt af, maar functioneert naar behoren.” Deze extra aanvulling zorgde ervoor dat ik in groep 5 voor een lastige keuze kwam te staan: wilde ik naar regulier onderwijs of wilde ik op speciaal onderwijs blijven? De keuze was aan mij, maar het voelde niet alsof ik een keuze had. Het (reguliere) schoolsysteem is namelijk niet gemaakt voor stempelkindjes. Op mijn huidige school had ik speelmaatjes en kon ik sociaal goed meekomen in de klas; of dat ook nog zo zou zijn op mijn nieuwe school wist ik niet. Daarom besloot ik te blijven. Dat ik de daaropvolgende jaren op m’n sloffen zou lopen, moest ik maar even op de koop toenemen.

Toen ik in groep 8 zat, werd ik opnieuw geconfronteerd met de gevolgen van mijn stempel. Ik wilde graag naar de havo toe. Met mijn eindadvies had dit gekund, maar een operatie gooide roet in het eten. Ik zou opnieuw meer zorg nodig hebben en de enige school die deze zorg goed zou kunnen bieden, was de speciale school. De speciale school waarvan het aanbod niet verder ging dan mavo. Opnieuw kreeg ik de keuze. Een keuze waarbij ik maar één mogelijkheid had.

Mijn belangrijkste inzicht in keuzevrijheid

Het belangrijkste inzicht waar ik me de afgelopen tijd bewuster van ben geworden, is dat er meerdere invloeden zijn die sturing geven aan de keuzes die ik maak. Vrienden, familie, (mijn positie binnen) de maatschappij, de media, mijn (levens)ervaringen: allemaal hebben ze invloed op de keuzes die ik maak.

Zoals ik in “vrije wil en beïnvloeding” heb beschreven, is mijn (vroeg)geboorte van grote invloed geweest op mijn leven. Veel ervaringen die ik in de afgelopen 20 jaar heb opgedaan, hebben betrekking gehad op de gevolgen van mijn aandoening. Op basis van deze ervaringen heb ik een beeld van de maatschappij gevormd, dat bepalend is voor mijn kijk op de wereld.

Zo weet ik hoe belangrijk het is om eigen regie te hebben over de keuzes die je maakt; om je op een plek te bevinden waar je je geaccepteerd voelt en waar ruimte is om je te ontwikkelen. Omdat ik heb ervaren dat dit niet vanzelfsprekend is, heb ik ervoor gekozen om mij in te zetten bij maatschappelijke organisaties die jongeren in hun kracht zetten. Deze beslissing had ik misschien helemaal niet gemaakt als ik “gezond” geboren was, omdat ik dan waarschijnlijk heel andere ervaringen had opgedaan.

Ook heeft het invloed op de politieke keuzes die ik maak, aangezien ik door de politieke leiders in Den Haag graag als gelijke wil worden gezien. Ik wil graag meedoen in de maatschappij, maar dan helpt het wel als de wet- en regelgeving dit stimuleert.

Mijn levenservaringen hebben me gevormd tot wie ik nu ben en daar ben ik dankbaar voor. Toch probeer ik ook zoveel mogelijk keuzes te maken als mens, vrouw, twintiger en niet als gehandicapte. Mijn aandoening is onderdeel van mijn identiteit, maar mijn identiteit is niet mijn aandoening. Ook ik wil de keuze kunnen maken om spontaan met vriendinnen uit te gaan; de vrijheid hebben om midden in de nacht op het station te staan en er dan achter te komen dat er geen treinen meer rijden; een studie kiezen omdat het me leuk lijkt en niet alleen omdat het “haalbaar” is.

En dat is waar mijn supportsysteem om de hoek komt kijken: m’n familie en vrienden en natuurlijk mijn ouders. Zij hebben me altijd betrokken bij mijn eigen keuzeproces en me hier zoveel mogelijk vrijheid in gegeven. Zo kreeg ik op jonge leeftijd al het vertrouwen dat mijn eigen keuzes ertoe deden. Ook als de rest van m’n omgeving deed alsof dat niet zo was. Hier ben ik enorm dankbaar voor, want ik weet dat dit niet voor iedereen even vanzelfsprekend is.

Iedere keuze die ik maak, probeer ik me bewust te zijn van alle verschillende aspecten die invloed hebben op mijn afwegingen; zodat ik uiteindelijk een keuze kan maken die het beste bij MIJ past.

Op de hoogte blijven? Volg ons op Instagram of LinkedIn.

Hulp nodig? Ga naar de community of stuur ons een bericht.

Naar iets specifieks op zoek?

Wij helpen je graag op weg!

Ben je op zoek naar een ander onderwerp? Staat je vraag of situatie er niet tussen?
Neem gerust contact met ons op.

Scroll naar boven
Ga naar de inhoud